c o u p e
Een voormalige kapperszaak met woning in de Frederik Lintsstraat wordt gestript tot haar essentie.
De heterogene bijbouwen in de tuin worden afgebroken, de grote vitrine op het gelijkvloers en zeer lage valse plafonds worden weggehaald. Zo blijft er een zuiver hoofdvolume over, dat ruimtelijke allures heeft van een herenwoning.
Een niveauverschil van circa 1m20 tussen de straat- en tuinzijde, zorgt voor weinig contact tussen de woning en de tuin. De nieuwe uitbouw wordt daarom gebouwd op een niveau dat het midden zoekt tussen het algemene nulpeil van de woning en het peil van de tuin. Het maakt de overgang tussen de woning en de tuin minder bruusk.
De uitbouw bestaat uit twee lagen: zitkamer op het gelijkvloers, en een ouderlijke slaap- en badkamer op de verdieping. De zitkamer krijgt een rijkelijke plafondhoogte en grote glasramen, zodat de middag -en avondzon kan binnenstromen tot in de kern van het huis. Op de etage wordt de living ondergebracht in een riante kamer aan de straatzijde. Een kwartcirkel-vormige centrale vide verbindt alle leefruimtes op verschillende niveaus. De keuken onderaan de vide, wordt zo het kloppend hart van de woning.
De enfilade in de overgang van leefruimtes wordt benadrukt door zichtbare ter plaatse gestorte betonstructuren: geprononceerde lintelen worden ondersteund door stoere kolommen. Ze zorgen voor bijkomende afbakening en onderscheiden duidelijk verschillende kamers. De kolommen bepalen subtiel de looplijnen doorheen de woning. In de vloeren wordt de aaneenschakeling van kamers benadrukt door duidelijke tussendorpels.
Warme tinten in de gebruikte materialen scheppen huiselijkheid. De dieprode kleiklinker van het tuinterras loopt door in de zitkamer en kruipt in de vorm van een lambrisering naar boven tot de keuken. Een terracotta-oker genuanceerde fabriekstegel benadrukt de rechthoekige verhoudingen van openingen en ruimtes. In de living en slaapvertrekken krijgt de populieren plankenvloer een nieuw leven!
locatie: Leuven
fase: opgeleverd
jaar: 2017 - 2022
team: Liesbeth Put, Peter-Jan Depreeuw & Anne-Valérie de Mûelenaere
foto’s: Matthijs van der Burgt